Previous Page  7 / 20 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 7 / 20 Next Page
Page Background

Regioblad -

7

Op 4 april 2016 heeft, na gesterkt te zijn door het

sacrament van de zieken, emeritus-deken Jan Aarts

de overgang gemaakt van het leven hier op aarde

naar het hemelse leven bij God.

Hij werd op 31 mei 1958 priester gewijd

door bisschop Baeten, voor het bisdom Breda.

Gedurende de eerste elf jaar van zijn priesterlijke

leven werkte hij binnen het gebied van onze

huidige parochie. Hij was kapelaan in Clinge en in

Hulst. Vervolgens was hij zo’n tien jaar als docent

verbonden aan het Sint Willibrordcollege in Goes.

Inmiddels waren zijn bijzondere kwaliteiten niet aan de bisschop

voorbij gegaan. Bisschop Ernst vroeg hem om deken te worden van

het dekenaat Zeeland. Deze taak heeft hij tot aan zijn emeritaat

vervuld. Jan bleef daarna dienstbaar aan verschillende parochies

in Brabant en Zeeland. De laatste jaren

woonde hij in Zuiderhout, te Teteringen.

Jan Aarts was vooral ook pastor voor

de pastorale beroepskrachten. Altijd een

luisterend oor. Altijd een goed oordeel

en bovenal een leven lang een integer

persoon en pastor. Hij voelde zich gesterkt

in zijn geloof door de omgang met velen.

Afsluitend: op de voorkant van zijn

gedachtenisprentje, dezelfde voorkant

als het prentje ter herinnering aan zijn

priesterwijding, staat de tekst te lezen: ‘Wij preken niet onszelf, maar

Jezus Christus de Heer’.

Moge hij rusten in vrede.

In memoriam emeritus-deken Jan Aarts

Meteen na zijn studie aan de

landbouwuniversiteit in Wageningen vertrok

Thaddy voor een loopbaan als leraar naar

Roermond. Hier werd hij getroffen door een

stem die hem riep voor de priesteropleiding

in Roosendaal bij Mill Hill. Na enkele stages,

waaronder in Kenya werd Thaddy op 07-09-

91 tot priester gewijd door bisschop Ernst in

de kerk van de H.Gregorius te Axel.

Tijdens die wijdingsviering wees bisschop

Ernst erop, dat ons land onderhand ook

een missieland geworden was. Ook hier is

er nood aan priesters. Thaddy ging liever

naar India. Hier werkte hij met een kleine

groep Mill Hill-ers o.a. aan de opleiding van

Indiase missionarissen. Thaddy zou nog 19

jaren in India werken.

De eerste standplaats was Hyderabad, waar

al heel lang een kleine groep Mill Hill-ers

werkzaam was in zielzorg en opbouw van

het land. Hier leerde Thaddy de taal (het

Telugu) en de cultuur van het land kennen.

De volgende standplaats was Pune, vijf jaar

duurde dit visum. Dan kun je nogal wat werk

verzetten! Maar eerst de Marathitaal van deze

regio leren en dat was een crime! Het schrift,

de klank, de grammatica, het leek in niets op

iets wat hij al kende. Hier zat Thaddy op een

eenmanspost ver van zijn collega’s. Na een

paar jaar voelde Thaddy zich hier thuis. Hij

leerde hier veel over het Hindoeïsme. Het

werken met de jongeren in de parochie gaf

veel voldoening en vriendschap.

Na 5 jaar in Pune en een jaar op nascholing in

Hyderabad riep Varanasi hem om daar pater

Frans Baartmans te helpen in de sloppenwijk

Nagwa. Na een 40-urige treinreis kwam

Thaddy daar aan. Hier leerde hij het Hindi.

Het was weer een compleet andere taal en

landstreek, een andere cultuur en mentaliteit.

Hier woonden pater Frans en pater Thaddy

‘op kamers’: de kamer had een laag plafond en

een lemen vloer, een deur die bijna dicht kon

en een klein venstertje met spijlen in plaats

van glas. De beslissing om te gaan wonen

in de sloppenwijk was een berekend risico.

Vanwege de vrijwel complete afwezigheid

van hygiene, lagen er steeds ziekteverwekkers

op de loer, klaar om toe te slaan. Er was

één gemeenschappelijk toilet, maar geen

stromend water. Net als ieder ander moet je

je dagelijkse bad op een plavuis tussen de

woninkjes in, doen. Niet verwonderlijk is

Thaddy verschillende malen geveld geweest

door een of andere enge ziekte. De dokter

hield hem steeds op de been of wist hem er

weer bovenop te krijgen. Het voelde alsof je

het goed getroffen had in vergelijking met de

mede-slopbewoners. Het wonen en werken

in Varanasi was echter, hoe paradoxaal het

ook klinkt, het meest uitdagend en het

gaf je de meeste voldoening. Samen met

pater Frans werkte je aan een geleidelijke

lotsverbetering voor de mensen in Nagwa.

Gezondheids- en onderwijsprojecten,

dagelijks contact met de mensen en met

hen samenwerken, was jullie eenvoudige

strategie. Inspiratie haalden jullie uit gebed,

uit elkaar, uit de vriendschap en uit de

steun van het thuisfront: familie, vrienden,

de Elisabethparochie en de kinderen van

de Antoniusschool die regelmatig een actie

deden. Correspondentie en de financiele

steun gaven je een stimulans en steun in

de rug om door te gaan met dit werk. Het

waren met recht ‘tropenjaren’.

Daarna is Thaddy rector geworden van van

een seminarie, drie busreisuren verderop.

Hier worden Indiase jongeren opgeleid tot

priester. Een intensief werk. Het is met recht

ploegen in Gods akker.

In 2010 kwam je weer naar Europa. Je werd

gevraagd om deel uit te maken van het

hoofdbestuur van de congregatie. Ook dit

werk pakte je met verve op. Na drie jaar werd

je erg moe en had verschijnselen van een

burn-out. In Margate in Oost-Engeland heb

je je levenskracht terug gewonnen. Nu werk

je nog steeds daar en helpt mee om andere

missiewerkers hun krachten weer te laten

herwinnen.

Wilt u meer weten over het boeiende werk

van deze priester-missionaris?

Kom dan op:

• vrijdagavond 2 september om19.30 naar

een groot uur Thaddy in Perron Zuidoost

aan de Nieuwendijk 5 te Axel (achterom!)

waar wethouder Jacques Begijn Thaddy

zal bevragen over zijn missionaire werk.

• Zondag 4 september om 10.30u naar de

mis uit dankbaarheid in de Emmauskerk

teTerneuzen hiervoor is ieder uitgenodigd

Het adres van Thaddy is:

51-59 Norfolk Road, Cliftonville, Margate

CT9 2EU, Engeland

“Waar het hart vol van is…”

Een terugblik op 25 jaar missionaris zijn;

in gesprek met Thaddy de Deckere